Gebruik van de zijzwaarden
Achteruitvaren met een platbodemschip is best moeilijk. Veel verschillende factoren spelen een rol: de wind, het wiel-effect van de schroef, je beginpositie. Een veelgehoorde vraag is: Helpt het om een zwaard te steken?
Een aantal overwegingen.
De zijzwaarden
Het kan handig zijn bij het achteruit varen aan beide zijden een "puntje zwaard" te steken. Meestal wordt het schip iets makkelijker bestuurbaar. Maar niet alles wat makkelijker is, is ook beter. Neem de tijd om je schip te leren kennen en je zult ontdekken dat het ook zonder zwaarden kan. Bijkomend voordeel is dat de zwaarden niet uitsteken en ergens aan kunnen blijven hangen. Als je per ongeluk vastloopt (aan de grond of, nog erger, tegen een meerpaal) krijgen het zwaard en de zwaardophanging het zwaar te verduren.
Naar voren kijken
Gun jezelf de tijd en ruimte om gevoel voor de roerbediening te ontwikkelen. Achteruit kijkend over het roer leer je dat het snelst. Gaat dat goed, kijk dan steeds meer naar voren. Aan de kop van het schip zie je namelijk veel beter of het schip op koers blijft. Uiteindelijk kijk je meer naar voren dan naar achteren, maar dit vergt enige oefening.
Kortom:
Bij achteruitvaren bij voorkeur geen zwaard steken.
Als het echt moet, dan alleen een puntje zwaard.
Beter is:
- Kijk naar de kop van het schip om te herkennen of het schip nog recht achteruit vaart.
- Veel oefenen!
Goede vaart.
Terug naar de overzichtspagina van de vaarcursus.
Tekst en foto Marianne van der Linden
Copyright Scheepswijs en Heech by de Mar B.V.