Vooral door de kleuren van de zeekaart springen de dieptegegevens direct in het oog. Eilanden en zandbanken zijn geel gekleurd.
De droogvallende platen zijn groen.
De diepe geulen, dieper dan 5 meter, zijn wit weergegeven.
Tussen wit en groen is nog grijsblauw (2 tot 5 meter) en blauw (0 tot 2 meter) te onderscheiden.

Alle dieptecijfers op de groene stukken van de kaart zijn onderstreept. Dit betekent dat de diepte geen diepte is, maar een 'hoogte'. Een zandbank met een dieptecijfer van 1o (je zegt dan: "1 meter droogvallend") steekt volgens de kaart met het laagste laagwater 1 meter boven het zeeniveau uit. Voor de droogvallende platen zul je altijd een diepteberekening moeten maken om te weten in welke tijdspanne je deze kunt bevaren.

In de gedeelten van het vaarwater die wit en grijsblauw zijn weergegeven op de kaart staat met laagwater nog minimaal twee meter water. Genoeg om te varen? Op de beschutte delen van het Wad wel. Daar is twee meter water voor de meeste schepen voldoende. Dichtbij zee heb je meer water nodig!

Terug naar het overzicht van de vaarcursus

Tekst: Marianne van der Linden
© ScheepsWijs Vaarcursussen
www.scheepswijs.nl