In het vroege voorjaar van 2008 zijn we onderweg met een hoogaars van 12 meter. De diepgang weten we niet precies, het zou ongeveer 90 cm zijn. De wind is een pittige zuidwest 5 en we overwegen om van Harlingen door het Kimstergat naar Terschelling te gaan. Maar volgens onze berekening zal daar maar net 1 meter water staan met hoogwater. Dat vinden we te weinig.
Aldus langs de Pollendam koers gezet naar Terschelling. Als bij hoogwater de dam onder water ligt, loopt de vloedstroom er dwars overheen. We proberen hoog aan de wind te zeilen om in de geul te blijven maar de golven en de stroom zetten ons te ver opzij. We moeten de motor starten om te voorkomen dat we naar de dam gezet werden. Het schip is hier duidelijk niet ‘in haar element’.

De volgende dag verlaten we Terschelling om droog te vallen in het natuurgebied van de ‘Oude Zuid Meep’. We peilen de diepte met de vaarboom terwijl we de plaat opvaren. Bij 90 cm water lopen we nog lang niet vast. Pas bij 60 cm water loopt het schip aan de grond!

Nu begrijpen we waarom het schip zoveel moeite had met de heenreis! Met weinig diepgang ben je veel gevoeliger voor golven die je schip wegzetten. Door de grote drift maak je weinig snelheid. En met weinig snelheid ben je een makkelijke prooi voor dwarsstroom.

De knoop is snel doorgehakt: vandaag varen we terug door het Kimstergat. Want 1 meter is ruim voldoende voor een schip wat 60 cm steekt. Op de ondiepe Wadplaat waar de stroom en de golven veel minder zijn hebben we heerlijk gezeild.

Goede vaart.


Terug naar de overzichtspagina van de vaarcursus.


Tekst en foto Marianne van der Linden
Copyright Scheepswijs en Heech by de Mar B.V.