Het is belangrijk dat je je schip goed in de vingers hebt. Dan heb je tijd en aandacht voor alle (nieuwe) dingen die het Wad te bieden heeft. Op het Wad staat meestal 1 of 2 Bft meer dan op de Friese Meren en het IJsselmeer.

• Tot en met windkracht 6 moet je je schip goed kunnen zeilen en manoeuvreren.
• Je weet van je schip wanneer je moet reven, of je droog kunt vallen en wat de diepgang is.
• Je bent in staat om een onbekende haven in te varen, zonder daar wakker van te liggen.
• Maak je bemanning ‘scheepswijs’ aan boord van je schip, zodat je niet de enige bent die weet hoe de motor start, hoe je de marifoon bedient en hoe je het anker kunt laten vallen. Vele handen maken licht werk.

Natuurlijk verleg je ook onderweg je grenzen, maar Wadvaren vraagt wel meer van schip en bemanning. Bereid je goed voor, dan gaan plezier en veiligheid hand in hand.

Goede vaart.

Terug naar de overzichtspagina van de vaarcursus.

Tekst Marianne van der Linden
Foto Martin Koekebakker
Copyright Scheepswijs en Heech by de Mar B.V.